Het vliegtuig zit vol, vol mensen, bemanning die hun ding doet, mensen die praten, drinken, eten, op hun telefoon kijken, lezen, spelletjes spelen. Geen kinderen deze keer, de gemiddelde leeftijd zal 65, misschien 70 zijn.
Ik heb mijn verboden broodje kaas gegeten, wetende dat mijn maag het niet lekker zal vinden. Maar het is mijn rituele zonde. Earl Grey-thee drinken met een broodje kaas. Gevaarlijk en rebels leven, hahaha. Ik heb mijn oordopjes in, het geeft me een gevoel van intimiteit met mezelf. Ik kan nog steeds veel horen, maar ook de stilte.
Waar gaat dit allemaal over; leegte, verstrengeling, de stukjes op hun plaats krijgen?
Over mijn nieuwe liefde, mijn nieuwe relatie. Eerst waren zo intens dicht bij elkaar, ik in haar leven, haar doen en laten, er deel van uit te maken, mijn plaats in te nemen, mijn standpunt, mijn doen en laten te vinden, mijn leven in het hare uit te nodigen, in haar dorp in Portugal te zijn, het WIJ te beginnen, het WIJ te worden, mijn wezen tot leven te brengen in deze nieuwe constellatie.
Wie is dit wezen, nu geïdentificeerd met de geliefde, de partner, de helper, de klusjesman, de fotograaf, de expat, de good-looking 70-jarige levenskunstenaar?
En dan vertrekken, ons voorbereiden op het volgende hoofdstuk, op alleen zijn, ver weg samen zijn, gescheiden, in ons eigen doen en laten, vertrouwd, nog steeds verbonden, op het voorbereiden van mijn huis om haar daar later te ontvangen. Daar waar ik nu naartoe ga, door de lucht, te midden van deze menigte, me alleen voelend en ook slechts één van hen. Verward, wat betekent dit, dat zij al ver weg voelt in de auto naar het vliegveld. Wat zijn we aan het doen we als we liefhebben? Als we liefde leven?
Waar raken we verstrooid? Ik zie het gebeuren. Ik voel me verdrietig, zij voelt zich verantwoordelijk, schuldig. Ik voel de afstand die dit creëert. Ik wil dat zij zich beter voelt, voor mezelf of voor haar?
De afstand maakt me boos, verdrietig. Ze voelt dat, voelt zich nog schuldiger. Mijn innerlijk kind raakt geactiveerd, voelt zich alleen, niet gewaardeerd, onbelangrijk. Wat is er gebeurd met het gevoel geliefd, gewaardeerd en gezien te worden?
Ik wil liefde zonder vergankelijkheid. Ik heb liefde zonder vergankelijkheid nodig, wat heeft het anders voor zin om het gedoe te doorstaan? Gedoe zoals het omgaan met alles wat opkomt in een relatie; samenzijn is zo intens.
Ik probeer weer stil te worden, naar die plek in mezelf te gaan waar permanente Liefde is, ergens diep in mijn buik. Mijn buik die de emoties en het broodje probeert te verteren.
Samen met het hoofd, dat het nodig heeft om te begrijpen om stil te kunnen worden, om bewust te worden, te focussen en dan los te laten. Ik ga de leegte in, waar Liefde geen emotie is, niet iets om naar te verlangen, te verdienen, te geven, geen prestatie.
Mijn lichaam voelt moe aan, mijn armen zwaar, zo maar moet ik dieper ademhalen. Het zou het vliegtuig kunnen zijn. Ik ben bang...
Altijd alleen zijn, er is geen ontsnapping mogelijk, al het andere is een illusie. En er is geen scheiding, niet echt, alleen van de gehechtheden. Rusten in de alleenheid, niemand de schuld geven, niet proberen het te veranderen, de leegte zien van waaruit we komen, dat is onze basis. Nog steeds betrokken zijn, verloofd, leven, met haar trouwen, waarde hechten aan gewoon zijn, niet weten. Daar vanuit verder gaan, kleine stapjes, geduldig, aandachtig. Soms grote stappen, standvastig, gepassioneerd. Er is geen doel, het einde is de dood, misschien is er geen einde. Verzoenend met de voorbestemde realiteit, die gewoon is wat ze is, het onveranderlijke nu. Open, vrij, onbekommerd, vol van de vreugde van het licht.
08-09-2025